woensdag 30 september 2009

in de pers; Vrouwkje Tuinman


Het is hier geen hotel


De andere Vrouwkje Tuinman

Vrouwkje Tuinman staat bekend als actieve podiumdichteres van toegankelijke snit. Maar in haar nieuwe bundel voert een contactgestoord alter ego de boventoon.

Vrouwkje Tuinman maakt deel uit van de Utrechtse kring van dichters rond Heytze, Hubers, Hagar Peeters, Tjitske Jansen e.a. Een lichte, verstaanbare toets, die overigens schrijnende ernst niet uitsluit, is zo’n beetje het handelsmerk van deze ‘groep’.
Bij Tuinman, die in 2004 debuteerde met ‘Vitrine’ en die ook zeer actief is bij het organiseren van festivals en bloemlezingen, ligt dat iets anders. In haar zeer compacte, doorgestructureerde, maar ook sterk associatieve gedichten is de verstaanbaarheid enigszins naar de achtergrond gedrongen. Al was het maar omdat zij enerzijds scherpe portretten van mensen in haar poëtische vitrine etaleerde en zélf min of meer buiten schot bleef.
Zo’n complicerende factor kenmerkt ook haar tweede bundel ‘Receptie’. Deze bestaat uit twee afdelingen, eenvoudig ‘Een’ en ‘Twee’ geheten. De eerste bevat gedichten die de gevoels- en binnenwereld van een vrouwelijk ‘ik’-personage in klare maar ook veelal minder klare, gewrongen taal schetsen en tegelijk de buitenwereld resoluut op afstand houden. “Mijn leven is drie kamers groot. Ik beweeg me / langs de randen, patrouilleer door gangen, / controleer de trap, bewaak het raam”. Dit klinkt niet erg gezond. Netzomin als de postbode, die als een spion wordt voorgesteld, ‘een rode gloed langs / het gordijn’ veroorzaakt en ‘rook door de brievenbus’ blaast. In ‘Scherm’ wordt de binnenwereld zelfs tegen zichzelf beschermd in een pathologische poging de ene helft van het breid niet te laten weten wat de andere doet! Daar kun je goed mal van worden.
In afdeling ‘Twee’ probeert de ‘ik’ de buitenwereld schoorvoetend in haar domein toe te laten. Van harte gaat het niet en het lukt ook vaak niet, hoezeer de achterplattekst van de bundel ook anders beweert. Het gedicht ‘Zijde’, dat begint met ‘Op zaterdagmiddag borduur ik gesprekken’, is echt niets anders dan het verslag van een eng en beslist niet communicatief naaikransje! De enige die borduurt en spreekt is de ‘ik’ zelf (‘Ik vertel van één tot / honderd, daarna keer ik om’. ‘De anderen’ zijn geblinddoekt en kunnen kennelijk geen woord bij dit heksenborduurwerkje uitbrengen. Zij heeft alle macht: “Geen zin wijkt af van het / patroon. [...] Mijn schaar knipt ongedode vragen / door. Tenslotte hecht ik alle monden af, loop / langzaam achteruit. De ogen mogen open”. Wel, zijn hier nu van het in de titel genoemde lapje zijde, van de geblinddoekte aanwezigen óf van dit gedicht zelf de monden keurig afgehecht? Wat een morbide ‘patroon’. Maar wat een fraaie, onontwarbare spiegelbeelden!
Wat Tuinman, als organisatrice van culturele manifestaties alleen al volop in de wereld staand, zo boeit in dit bijna autistische en contactgestoorde alter ego zou ik niet weten. Het kan me ook niet schelen. Feit is dat deze gedichten, wanneer al te particuliere associaties en het iets te veelvuldig gebruik van elliptische zinnen achterwege blijven, een sterke uitstraling en een heel eigen toon hebben.
Dat de tweede afdeling ten opzichte van de eerste helemaal niet zo louterend is, zoals ik al opmerkte, blijkt alleen al uit het aangehaalde gedicht ‘Zijde’. Het titelgedicht van de bundel (zie hieronder), eveneens uit de tweede afdeling, wijst ook al iedere inmenging in de privéwereld af. Wel een ‘receptie’ maar geen hotel; de stekker van de bel is uit het contact gehaald. Ontbijt buiten, zodat de ‘ik’ binnen op haar balkon rustig de vogels kan voeren. ‘Kachelman’ en ‘meternemer’ komen er pas in nadat de ‘ik’ alle sporen van haar activiteiten heeft weggeschrobd. Tja, en als de auto dan de straat uitrijdt, dan pas gaan de lampen aan.
Zo is er ook een mooi gedicht waarin de ‘ik’ een minnaar in haar bed toelaat dat eindigt met de paradoxale regels: “Alles wat ik nodig heb vannacht: jouw handen om mij / los te laten. Onze ringen slapen een volmaakte acht”. Elkaar loslaten, maar dan die in elkaar onschuldig rakende ringen een soort eeuwigheid beleven...
Er staan ook mindere gedichten in deze bundel, maar de kerngedichten zijn frappant. Wat dat betreft ben ik benieuwd hoe het deze zich toch makkelijk op podia bewegende dichteres en haar juist van de wereld afgekeerde afsplitsing later nog zal vergaan.
Peter de Boer

bron zie:(c)Trouw

zondag 27 september 2009

Panty voor mannen


Trend voor de komende winter; de mantyhose
Het Britse warenhuis Selfridges heeft, naar aanleiding van de opvallend hoge verkoop van panty's aan mannen, besloten een mannenlijn voor dit kledingstuk uit te brengen. Na het succes van 'manscara' en de 'manbag' is het tijd voor een frisse wind onder de rokken van mannen, zo bedacht David Walker-Smith, inkoper van Selfridges. Het kledingstuk is veelzijdig, kan onder andere kledij worden gedragen maar ook als bovengoed. Het laatste zal overigens niet vaak gebeuren, mannen dragen de panty's meer voor de warmte en vanwege het beter doen uitkomen van hun vormen. Heren zullen deze winter zich dus het best de 'mantyhose' aanschaffen, om zo de vrouwen in donkere dagen wat meer kijkgenot te schenken. Op de site e-mancipate.net zijn een aantal voorbeelden te zien.

zaterdag 26 september 2009

Tonnis Oosterhof

2: "De zee in de kwal roept o"

{Robuuste tongwerken,} een stralend plenum

De derde bundel van Tonnus Oosterhoff, {Robuuste tongwerken,} een stralend plenum, verscheen in 1997. De complexe titel - met haakjes en komma - is ontleend aan een artikel uit De Volkskrant over een kerkorgel. Het omslag van de bundel draagt dan ook een afbeelding van het orgel uit de Grote of Jacobijnerkerk van Leeuwarden. Oosterhoffs voorgaande bundels waren hier en daar nog conventioneel in rijm- en versvorm. Hier wordt echter meer zichtbaar van het typografische idioom van deze auteur.

Zijn eigen stijl komt steeds meer naar voren en daaruit spreekt een zucht tot vrijheid, speelse invallen, variaties, levendigheid. De vorm van het gedicht, het uiterlijk ervan, speelt een steeds grotere rol en komt onder andere tot uiting in het gebruik van grote en kleine letters, cursieve letters, driehoekjes, inspringingen en zeer afwijkende spatiëring, waardoor soms grote witte plekken in de regels ontstaan. Maar ook de teksten zelf zijn variabel in lengte, opbouw en inhoud. Een vergelijking met Paul van Ostaijen ligt dan voor de hand, maar ook met de dichters van het tijdschrift Barbarber. Net als in zijn vorige bundel komen regelmatig neologismen (nieuwvormingen) voor, evenals ongebruikelijk woordcombinaties en -afleidingen. Het postmodernisme in de dichtkunst onderscheidt zich door het gebruik van citaten (intertekstualiteit): alles is al eens gezegd, wat nieuw is, is in feite een variant op oude kost en oude kost is er dus om geciteerd, veranderd, binnenstebuiten gekeerd te worden. Het lijkt erop dat Tonnus Oosterhoff deze mening deelt.

Overdag slaap ik, kerkuilste in een welluidende streek.
(p. 6)

In deze bundel schrijft Oosterhoff over het bewustzijn en het verlies daarvan.

Op een dag ben ik het kwijt het vermogen, het bewustzijn,
de neiging, het evenbeeld
de duivige duizel

(p. 7)

Oosterhoff incorporeert in zijn gedichten teksten die kunnen worden aangetroffen op borden langs de weg.

Op elke tafel ligt, de hoekpunten vrijlatend, een bladgroen kleedje.
De menuklemmen - Wij doen ons best voor u / Verwarmd terras - zijn
overtollig. Het ontbijt is zelf halen.



Soms wordt een flard van een conversatie of een korte opmerking ingevoegd:


De blinden (Daar heb je ~!). In processie, begeleid door
begeleiders.

(p. 9)

Waarbij het laten begeleiden plagerig door begeleiders gebeurt. Deze poëzie staat lijnrecht tegenover emotievolle gedichten zoals die van Anna Enquist. Hier wordt geobserveerd, geciteerd, uitgelegd, gespeeld met woorden, vormen en betekenissen. Als er emotie is, is die goed verborgen. Er is vooral verwondering en plezier. Als er een ik-figuur optreedt in de gedichten, is het in een laconieke conversatie of beschouwing:

'Dankbaarheid is mijn aard niet.'
'Nee, dankbaarheid is je aard niet,
maar je hebt tenminste karakter.'
'En hangwangen.' 'En hangwangen.'
'En hangbillen.' 'En hangbillen.'

(p. 14)

Bovenstaande regels herinneren aan parlando-gedichten (zoals die van C. Buddingh'). In een ander gedicht lijkt Oosterhoff iets prijs te geven over zijn werkwijze:

'Zit je stomweg uit de Handelspost over te schrijven?'
'Niet goed?' 'Nou ik schrik er een beetje van.
Is het om de verhuizing?'

Er is zoveel dat me pakt. Alles interesseert me.
Ik hoor alle ritmes, ritmes in alles. Beteken zin

(p. 15)

Maar schrijft Oosterhoff hier over zichzelf? Wie zal het zeggen? Hij citeert overigens niet alleen kranten, ook zichzelf: hele regels worden herhaald (zoals die over de hangwangen en hangbillen). In de parlando-toon herhaalt hij woorden, zoals mensen dat in een gesprek ook vaak doen:

maar nu dit zo
weet ik met de dood is er niets meer weet ik
zeker weet ik.

(p. 17)

De tegenstelling tussen echt en onecht, wat geschreven is en wat ongeschreven blijft, speelt een grote rol, zoals in het gedicht over Wally, die het zelf een 'goed, raak, persoonlijk' gedicht vindt:

We schrijven Wally is superfors. Ze staat
naakt voor het raam. Voor het laatst ongesteld.

'Hee! Helemaal niet waar! Nu moeten jullie
mijn naam veranderen.' Geschrokken
de hand voor de doodgrijze rok.

We doen wat ze zegt; het is niet meer verzonnen.

(p. 21)

In het gedicht 'Hersenmutor' worden niet alleen in de titel woorden verdraaid en letterlijk en verkeerd vertaalde Engelse frasen gebruikt om de ernst van de hersentumor aan te geven. Een hersenmutor is daarbij een mutaties makend instrument.

Vrijdom van gebrek en meningsuiting.
Ik sleep het me voor
Met de mutor de reclame in.


Oosterhoff gebruikt half afgemaakte zinnen en namen van bekende kunstenaars, zoals de filmregisseur Truffaut:

Ik lach te
(Onthoud dit maar. Jam dit maar. Roffel dit maar.
Ook een matige Truffaut is een goede.)

Het is zo geplekt, poëzie.

(p. 27)

Waarbij geplekt voor plaatsgebonden staat. Daarnaast zijn er associatieve gedichten met korte regels en eenvoudige woorden:

Werkelijk Toet. Afscheid doet. Pijn dalende kwint.

(Elke traan was één in boterbon kamertemp Holland.)

(p. 33)

Het omkeren van woorden en begrippen werkt als een echo in het gedicht 'In de kwal roept de zee'. Het geeft daarnaast nog een visie op het romantisch dichterschap, dat traditioneel 'o' als aanroep hanteerde.

O, roept de zee in de kwal.
De zee in de kwal roept o
o
o
De zwevende mond legt zich aan
om de infinitief, o, o, roepdrinkt o.

In lange prozagedicht 'Meneer met Pinksteren' zegt Oosterhoff eerst dat die meneer in wezen niet bestaat, maar dat het gaat om zekere 'Oosterhoff', die paddestoelen heeft gegeten. Paddo's waarschijnlijk, want hij staat onder invloed en komt tot vreemde en gewone dingen. Hij bladert met genegenheid door een bundel van de dichter J.H. Leopold, hij citeert zelfs een gedicht van deze inmiddels klassieke dichter, die een immense hoeveelheid onvoltooide gedichten naliet, die in druk verschenen zoals ze werden aangetroffen: losse woorden, onaffe regels, open plekken. Alsof het gedichten van Oosterhoff zelf zijn, kortom:

O, denkt O, kon dit maar eigen maaksel zijn: het zou mijn werk net
dat beetje extra geven dat het nu voorgoed moet missen.

Bij sommige SCHETSEN EN FRAGMENTEN nu komt het O voor dat hij
Leopold door meneer heen leest.

Het gedicht geeft een Oosterhoff-verklaring voor al die lege plekken in de onvoltooide gedichten: de gedichten zijn wel degelijk af en al het wit wordt veroorzaakt, doordat we de gedichten als een landschap zien, van boven bekeken, als vanuit een vliegtuig. De witte plekken worden veroorzaakt door de wolken en nevelslierten die de tekst aan ons oog onttrekken:

Eindelijk heeft meneer een eigen vlietende én terug te vinden vorm.
(p. 43)

Wij zagen ons in een kleine groep mensen veranderen

Postmodernisme of geen postmodernisme, Oosterhoff bewees met zijn nieuwe bundel in 2002 dat lang nog niet alles eerder was gedaan. Zijn bundel Wij zagen ons in een grote groep mensen veranderen (2002) werd door De Bezige Bij uitgegeven en voorzien van een CD-rom met 'bewegende' gedichten, zoals Oosterhoff dat zelf noemt, en met muziek. De rol van de typografie is daarbij natuurlijk van het grootste belang en daarmee speelt Oosterhoff verschillende spelletjes. Zo lijkt het in deze bundel of de lezer beschikt over een tweedehands exemplaar, waarin de vorige bezitter allerlei opmerkingen met de pen heeft bijgeschreven. In wezen zijn deze aantekeningen meegedrukt met de rest van de tekst. Zie bijvoorbeeld het gedicht dat begint met de regel 'Je bent (net als) een zieke beuk je blad'. De tekst in gereproduceerd handschrift (dwars door de rest van de tekst) staat er een paar keer achter elkaar, alsof het strafregels zijn, of een refrein:

De graficus is als een merel
die zingt in de top van een boom

(p. 10)

Het gedicht zelf telt maar vijf regels, maar we zien drie keer dezelfde tekst, steeds met andere doorhalingen, waarbij de laatste keer het hele gedicht opnieuw geschreven is. Dit lijkt dus een kladversie van het gedicht, zoals het uiteindelijk in de bundel terecht zou moeten komen, maar in plaats van een nette gedrukte versie, krijgt de lezer die laatste kladversie voorgeschoteld. Het gedicht wordt getoond in een onvoltooide versie, wat impliciet geldt als een uitnodiging om zelf de andere gedichten in de bundel onder handen te nemen. Er is ook een gedicht voorzien van een voetnoot. Met een sterretje wordt vanuit het gedicht naar deze noot verwezen en die bevat een Amerikaans artikel over de verschijningsvorm en leefwijze van een parasietensoort.

Dit heb ik uit het persbericht* gelichtbijld:
We think the eyes are important to find the female, at least at short range

en

Dat groen, dat voor inslapen
(p. 13)

Er is ook een ode aan Lucebert

Lucebert is godbetert
god ver beter mijn beste
ik zeg om te communiceren
niets om te communiceren

(p. 19)

Pagina 35 en 36 van de bundel bevatten geen tekst, maar notenschrift, met het advies: 'hoor dit eerst'. Dat kan door de CD-ROM af te luisteren. Die bevat een uitvoering van deze muziek, waarbij het gaat om Inventio No. 2 van Johann Sebastian Bach (1685-1750). De tekst erna is een driedelig gedicht, een conversatie, die begint met het beeld van een schommel:

dat is waar daar stond een appelboom die later is gerooid, hij had
een ziekte en dat gele ding daar aan die tak dat was
zo'n schommel
wat zeg je?
zo'n plastic schommel
peuterschommel waar je niet uit vallen kan een plastic
broek een soort Gods hand maar dan voor kleintjes.

(p. 37)

In het tweede deel van dit lange gedicht blijkt de jongen van die schommel uit het zicht te zijn geraakt en bij toeval op televisie te zien in een reportage over Alicante. Het laatste en derde deel zal waarschijnlijk ook over hem gaan: zijn naam wordt niet genoemd. Hij ligt in het ziekenhuis, na een poging tot zelfmoord: hij leeft nog verder in het filmpje van de schommel en de reportage uit Alicante.

de nek is volgens de ziekenhuisarts niet gebroken asphyxie
maar niet gebroken

achter in de keel zit een klein doosje met juwelen levenskracht
je maakt het open door te trekken aan de tong

(p. 40)

Oosterhoff zit niet verlegen om onderwerpen. Zo is er een gedicht over DNA en travestie en geslachtsverandering:

Ze kleurt haar nagels met autolok, de she-male,
wacht op het DON'T WALK licht, dan gaat hij.
Naar De Graaffs idee lacht ze, de 'vriend' 'ziet' 'een traan',

zelf weten doet niemand iets.

(p. 44)

Het is een commentaar op een televisie-uitzending van de omroep BBN, waarin allerlei zaken worden aangeroerd, zoals: waarom er geen kinderen worden geboren.

'Bij meneer functioneert slechts één teelbal.
De andere is wat mij noemen een haneëi.'

Al mijn verDNAeringen voor stro-poppen. Ons gebots in bed
een rinkelende cimbaal. De liefde beweegt zon en sterren
maar de mijne brengt niets naar de overkant.

(p. 45)

In het laatste gedicht in de bundel zijn open plekken gelaten, die overigens alweer zijn ingevuld in dat gereproduceerde handschrift. Het gaat om een barbecue:

Het vet rookgordijn
trek je met één man niet open
het is bestikt
met ades


Op de open plek zijn drie varianten aangegeven om het woord af te maken, respectievelijk met 'galopp', 'broch', en 'H'.

Toe breek mijn huis af,
ik ben ten dode. Wereld!
Langsgeworpen modderkluit
Dan houdt dit huis het langer uit

(p. 48)

Hier doorheen is geschreven: 'Ach wie nichtig, ach wie flüchtig', drie maal achtereen. Daarmee besluit deze ongebruikelijk vormgegeven bundel gedichten. De bij deze bundel behorende CD-ROM bevat enkele andere gedichten dan in de bundel. Deze gedichten zijn interactief, bewegend, in Flash uitgevoerd. Ze verlopen meestal cyclisch, kunnen steeds weer achter elkaar gelezen worden, vervloeien; het beeld rimpelt en golft. Woorden, letters en regels verschijnen en verdwijnen weer.

vrijdag 25 september 2009

animale

donderdag 24 september 2009

zon in nevel

woensdag 23 september 2009

Me at the zoo

Dit is echt het aller-aller eerste filmpje op youtube. Gepost op zaterdag 23 april 2005 om 8.27 PM

dinsdag 22 september 2009

van science fiction naar realiteit

Hij is nu binnen handbereik, de 3D printer. Voor 500 euro bestaat er nu een werkend apparaat. De volgende generatie 3d printers kunnen zich zelf reproduceren en kan je dus van een vriend krijgen.

zondag 20 september 2009

Muggen zappen met je USB

Ook zo’n hekel aan muggen? Met een nieuwe vinding kun je ze via je computer verjagen.

Dierenvrienden opgelet. Je hoeft geen muggen meer om te leggen om van deze stekende vriendjes af te zijn. Althans, dat beloven deze mensen. Ze bieden een apparaat dat muggen verjaagt via een ultra-hoge toon. Die vinden muggen niet prettig, zo wordt beweerd.

Het meest opmerkelijke aan dit machientje is toch wel hoe je hem aanzet: door hem in de USB poort van je computer te steken. Kun je rustig Faqt lezen en toch niet gestoken worden. Wat een traktatie.

USB muggenzapper

vrijdag 18 september 2009

Over de Samenwerkende Kunsthuizen Nederland

De samenwerkende Kunsthuizen zijn gespecialiseerd in moderne Nederlandse kunstenaars van naam. De collectie van de Kunsthuizen is toonaangevend. Nergens treft u doorlopend zo’n grote, direct beschikbare collectie! Namen als Corneille, Clemens Briels, Ron van der Werf, Hans Peter Innemee, Ton Schulten, Anton Heyboer, Espen Hagen, Charlotte Molenkamp, Wil Willemsen, Justus Donker, Peter Diem, Herman Brood, Casper Faassen, Giovanni Vetere, Angeles Nieto, Waydelich, Piotr en vele anderen zult u door elkaar in de galeries tegenkomen. Een topcollectie van inmiddels meer dan 6500 kunstwerken van gerenommeerde kunstenaars, waarbij u naast aankoop ook kunt kiezen voor aantrekkelijke uitleen mogelijkheden!

Uniek in Nederland is dat u naar hartelust de collectie’s van de verschillende Kunsthuizen onderling kunt wisselen én eventuele opgebouwde spaartegoeden bij alle locatie’s naar keuze kunt besteden. Zo wordt u als klant bij 1 van de Kunsthuizen nooit beperkt in uw keuze en heeft u toegang tot een steeds groter wordende collectie!

zie verder:

donderdag 17 september 2009

Kabinet bezuinigt 10 miljoen euro op cultuur

Rotterdam, 16 sept. Het kabinet geeft tien miljoen euro minder uit aan cultuur dat het had aangekondigd. Dat blijkt uit de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW).
Minister Ronald Plasterk (Onderwijs, PvdA).   Foto Vincent Mentzel
Minister Ronald Plasterk (Onderwijs, PvdA).
Foto Vincent Mentzel

Het kabinet geeft minder of geen geld uit aan de innovatieregeling voor de culturele sector, digitalisering (het toegankelijk maken van musea en archieven via ICT) en gratis musea voor kinderen. Maar voor andere ingrijpende bezuinigingen hoeft de kunstsector in 2010 niet te vrezen.

Voor de innovatieregeling, een subsidieregeling die dit jaar is ingegaan en die het maatschappelijke draagvlak voor kunst en cultuur moet vergroten, was oorspronkelijk 5 miljoen euro per jaar uitgetrokken, in totaal 20 miljoen euro in deze kabinetsperiode. Maar in de gisteren openbaar gemaakte begroting staat dat dat bedrag is teruggebracht naar 14 miljoen.

Voor digitalisering, zoals ontsluiting van (audiovisuele) collecties en archiefstukken, is volgend jaar 3 miljoen euro minder beschikbaar en in de jaren erna 5 miljoen euro minder.

De vijf miljoen euro per jaar die was bedoeld om kinderen gratis toegang te geven tot musea, wordt niet elders in cultuur geïnvesteerd. Het plan van de gratis museau was al eerder voorlopig van de baan. Wel komen er kleinschalige experimenten die moeten uitwijzen wat kinderen wel naar het museum lokt, zoals gratis openbaar vervoer voor schoolklassen. Daarvoor is maximaal 5 miljoen euro beschikbaar.

'Verkeerd signaal'

De Federatie van Kunstenaarsverenigingen noemt de bezuiniging op het innovatiebudget een „volstrekt verkeerd signaal”. De regeling houdt in dat cultuurinstellingen, die een vernieuwend plan hebben waarbij ze samenwerken met niet-cultuurinstellingen, bijvoorbeeld het onderwijs of de toeristische sector, subsidie kunnen krijgen. Het hoeft hierbij niet perse te gaan om activiteiten die de eigen inkomsten van de cultuursector verhogen; belangrijker is dat ze kunst en cultuur ‘zichtbaarder’ maken in de maatschappij en dat er nieuwe doelgroepen door worden bereikt.

Volgens directeur Bert Holvast van de Federatie van Kunstenaarsverenigingen is innovatie van de cultuursector juist in deze tijd hard nodig. „Wil in tijden van oprukkend populisme het politieke draagvlak voor kunstsubsidies sterk genoeg blijven, dan is innoveren op het podium, bij de kassa en in de bestuurskamer van culturele instellingen van levensbelang.”

De 10 miljoen euro die minister Plasterk (PvdA, OCW) heeft uitgetrokken voor de zogenoemde matchingsregeling, waarbij kunstinstellingen extra subsidie krijgen naarmate ze zelf meer eigen inkomsten hebben, blijft ongemoeid.

Voor monumentenzorg wordt juist meer geld uitgetrokken. De zogenoemde vrijstelling overdrachtsbelasting monumentenpanden, een fiscale regeling die het onderhoud aan monumentenpanden moest stimuleren, wordt afgeschaft, omdat deze niet effectief is gebleken. In plaats daarvan is er aan de begroting van OCW een bedrag van 23 miljoen euro toegevoegd, dat de komende twee jaar wordt ingezet voor het versneld inlopen van restauratieachterstanden bij rijksmonumenten. In de jaren erna wordt het geld ingezet voor andere prioriteiten in de monumentenzorg.

Niet alleen op de begroting van OCW, maar ook op die van Wonen, Wijken, Integratie (WWI) is extra geld voor monumentenzorg uitgetrokken: 44 miljoen euro. Het kabinet wil dit geld gebruiken om het monumentenbeleid „beter te laten inspelen op de kwaliteit van de omgeving” en om het te laten „aansluiten op maatschappelijke vraagstukken, zoals de herstructurering van aandachtswijken”. Volgend jaar wordt er een nieuwe wet ontwikkeld die de monumentenzorg moet moderniseren.

Geen grote verrassingen

De begroting van het ministerie van OCW bevat op cultuurgebied verder geen grote verrassingen.

De begroting van OCW omvat in totaal 36,5 miljard euro, waarvan ruim 900 miljoen euro is gereserveerd voor begrotingsartikel 14: cultuur. Een groot deel van het geld, in 2010 584 miljoen euro, wordt besteed aan kunstsubsidies. Deze bedragen zijn ongeveer even hoog als in 2008 en 2009.

Minister Plasterk somt in zijn begroting een aantal al bekende maatregelen op die het kabinet heeft genomen om het culturele bewustzijn van vooral jongeren te vergroten. Voorbeelden zijn de oprichting van een Nationaal Historisch Museum, waarvoor volgend jaar 5 miljoen euro beschikbaar is en structureel 12 miljoen euro, de invoering van een cultuurkaart (sinds schooljaar 2008/2009) die leerlingen in het voortgezet onderwijs kunnen gebruiken om cultuurinstellingen te bezoeken en het instellen van een Fonds voor Cultuurparticipatie, dat oplopend tot 2012 ruim 27 miljoen euro krijgt om amateurkunst te stimuleren.

De Federatie van Kunstenaarsverenigingen is opgelucht dat in de toekomstscenario’s die het kabinet schetst om de economische crisis aan te pakken, geen structurele bezuinigingen worden aangekondigd op het budget voor kunst en cultuur. „Dat zou ook wel bijzonder dom en schadelijk zijn voor een economie die zich internationaal als creatief en kennisintensief wil profileren”, zegt directeur Holvast. Toch is hij ongerust. „De mix van een explosief groeiend overheidstekort en een heftig politiek populisme kan voor de culturele sector nog erg bedreigend worden. Nu al pleiten VVD en PVV voor drastische kortingen op de kunstsubsidies. De wedijver om de resterende publieke euro’s zal de komende jaren bikkelhard worden.”

bron: NRC

dinsdag 15 september 2009

love design, hoe vertaal je dat;Liefde ontwerpen


Een ontwerp-site ontdekt. Love design denk ik dat je het moet noemen.

maandag 14 september 2009

loopkever, kever loop

Loopkeverconferentie

De 14th European Carabidologist Meeting in Drenthe 2009 zal in het teken staan van langlopende onderzoeken naar loopkevers en wordt gehouden in Westerbork. 40 Jaar geleden werd in Wijster (gelegen op 9 km afstand van Westerbork) het eerste Carabidologencongres gehouden.

Een groot aantal soorten loopkevers zijn gevoelig voor allerlei milieufactoren en kunnen daraom als belangrijk indicatoren worden gebruikt. Anders dan bij planten reageren loopkevers vrijwel direct op veranderende omstandigheden. Door terreinen te bemonsteren en de resultaten te vergelijken met de lijst van soorten die mogelijk in dat type habitat hadden kunnen voorkomen kan worden bepaald in hoeverre dat terrein overeenkomt met het type terrein dat men wenst. Op basis van dergelijke resultaten kan men vervolgens bekijken of maatregelen nodig zijn of niet. Door verspreide bemonstering van een terrein kunnen ook de meest waardevolle plekken voor de bodemfauna worden opgespoord.

In september en oktober is in het Bezoekerscentrum van het Dwingelderveld bij Ruinen een expositie te bezichtigen die geheel gewijd is aan loopkevers. Tijdens het Carabidologencongres zal er door de deelnemers een bezoek worden gebracht aan het bezoekerscentrum.

Bron: Biologisch Station

politiek in de openbare ruimte??????


Hangjeugd pikt betutteling niet
FREIBURG - Om de nachtrust van de bewoners van de Augustinerplatz in het oude centrum van deze Zuid-Duitse stad te verbeteren, bedacht het gemeentebestuur in het afgelopen voorjaar de 'zuil van de tolerantie'. Het is een drie meter hoge zuil van metaal en polycarbonaat, die voorzien is van lichtjes in verschillende kleuren. De lichten duiden met hun kleur aan hoe laat het is en wat er dan van de hangjongeren verwacht wordt. Om tien uur 's avonds gaat er geel licht branden, ten teken dat de avond ten einde gaat lopen en om elf uur gaat het licht op rood, wat betekent dat men geacht wordt naar huis te gaan om de stilte te laten terugkeren op het plein. De jongeren hebben de zuil echter niet met gejuich onthaald. Hij werd meteen al vol met stickers geplakt en men smeet er bierflesjes tegenaan. Vervolgens is gepoogd om met een touw de zuil uit zijn verankering te trekken en toen dat mislukte, ging de fik erin. De zwartgeblakerde zuil is een symbool van de onmacht om de hangjeugd te beteugelen en het effect is het omgekeerde van wat werd beoogd. De jongeren blijven nu extra lang op het plein hangen en maken steeds meer lawaai naarmate de nacht vordert. Desondanks is de wethouder, die de betuttelende zuil bedacht heeft, van mening dat het idee niet geflopt is, maar slechts 'geoptimaliseerd' moet worden.


vrijdag 11 september 2009

vervolg in Papendrecht

8 september blogde ik hier over een lawaaiig stel uit Papendrecht. Eerst maken ze knallende ruzie om het vervolgens met een knetterende sekspartij weer goed te maken. Een temperamentvol koppel waar de straat helemaal niet blij mee is. Buurtbemiddeling bemoeit zich er inmiddels mee………….

Verhuurder Westwaard Wonen zei gisteren dat de vrouw die overlast veroorzaakt, inmiddels heeft aangegeven te willen meewerken aan de bemiddeling.

De afgelopen maanden zijn er al meerdere pogingen geweest om de partijen rond de tafel te krijgen. “We zijn er nog niet uit, maar we zullen een oplossing vinden,” zegt C. Uithol van de woningstichting, die begrip heeft voor het probleem. “Deze situatie lijkt hilarisch, maar het is voor de betrokkenen heel vervelend.”

Het bericht op Buurtlink.nl is gisterenmiddag verwijderd nadat het die dag bijna 40.000 keer is bekeken.

zie ook:

even apeldoorn bellen


Foutje bij kunstwerk: ontwerper betaalt twee miljoen terug

Een Londense ontwerper is ermee akkoord gegaan twee miljoen euro terug te betalen omdat een van zijn werken een mankement vertoont. Het gaat om het 56 meter hoge 'B of the Bang'-monument, dat naast het stadion van Manchester City staat ter herinnering aan de Commonwealth Games uit 2002. Negen van de 180 stalen punten moesten verwijderd worden nadat er eentje afgevallen was.

Het stadsbestuur sleepte de zaak vorig jaar voor de rechter wegens contractbreuk en onachtzaamheid. De hoorzitting stond normaal gezien later deze maand op het programma, maar het ontwerpersteam stond erop de zaak in der minne te regelen. "Het project was ambitieus en baanbrekend. Het spijt ons enorm dat deze problemen aan het licht gekomen zijn bij het kunstwerk dat het grote succes van de Commonwealth Games in Manchester had moeten symboliseren", liet Thomas Heatherwick in een verklaring optekenen.

donderdag 10 september 2009

woensdag 9 september 2009

België


amerika in beroering


Naaktfoto model van 81 kilo veroorzaakt heisa

Lizzi Miller, foto: Glamour.
Lizzi Miller, foto: Glamour.
Lizzi Miller, foto: Glamour.
Een kleine foto van het naakte model Lizzi Miller op pagina 194 van het magazine Glamour veroorzaakte een grote heisa in Amerika. Lizzi heeft namelijk maatje 44, weegt 81 kilo en kampt duidelijk met een buikje.

Rondingen
De foto illustreert in het Amerikaanse magazine Glamour een artikel over zelfvertrouwen in het septembernummer. Veel lezers reageerden dat ze blij waren een model met een normaal figuur in een modemagazine te zien, in plaats van de gebruikelijke magere vrouwen. De hoofdredactrice Cindi Leive zegt in haar blog dat ze overrompeld wordt door mails en brieven.

Gewoon meisje
Sinds haar modelopdracht kwam ze al in tal van televisieshows om te praten over de foto. "Ik ben net zoals elk ander meisje, ik heb ook complexen over mijn lichaam. Het eerste wat ik dacht was: "Oké, dit is niet de meest flatterende pose." Ik boog voorover, wat mijn buikje benadrukte. Er kwam geen photoshop aan te pas, dit beeld is echt. Maar ik voelde me goed op dat moment en dat zie je aan de foto", aldus Lizzi.

Meer ronde vrouwen?
Of dit nu betekent dat we meer van dit soort vrouwen gaan zien in de modebladen, valt nog af te wachten. Maar hoofdredactrice Leive zegt wel: "Glamour luistert naar haar lezeressen en wij proberen alle mogelijke soorten schoonheid in de verf te zetten."

dinsdag 8 september 2009

In Papendrecht worden ze horendol van ruziënd / seksend duo


In Papendrecht, om precies te zijn in de Talingstraat, worden ze knettergek van een lawaaiig koppel. Eerst breken ze de tent af met hun knallende ruzies om die vervolgens net zo luidruchtig weer goed te maken in de slaapkamer…………..

De buurt heeft het gehad en verscheidene mensen doen hun beklag nu ook op buurtlink.nl.

“Het is een schande”, aldus een Papendrechtse. “Er wonen hier allemaal vriendelijke mensen, maar de rust wordt nu verstoord door mensen die graag ruzie maken en daarna willen gillen in bed. Dat kan toch niet. Er zijn mensen die er niet van kunnen slapen”.

Een andere bewoner schrijft: “Er werd al lang over gesproken, maar ik heb het nu zelf ook waargenomen. Het is inderdaad niet normaal. Er lopen ook nog kleine kinderen in onze straat”.

Een bewoonster zou inmiddels de woningbouw hebben gebeld die daarop buurtbemiddeling inschakelde. “Maar de mensen reageerden daar laconiek op en ontkende luidruchtige seks te hebben”, weet iemand.



zondag 6 september 2009

Taal

Taal is een raar fenomeen. We gebruiken het allemaal, maar we zijn er niet altijd even zuinig op.

Laatst nog gehoord in de trein. ‘Tja, weet je, ik zeg maar niets. Want voor dat je het weet heb ik mijn mond voorbij gepraat en daar heb ik eerlijk gezegd geen zin in.’

Wat zei de vrouw in kwestie eigenlijk? Juist, niets. Maar daarvoor had ze wel heel veel woorden nodig. Over dit soort verschijnselen gaat Taal is zeg maar echt mijn ding van columniste Paulien Cornelisse.

Het boek beschrijft bijvoorbeeld herkenbare taalfenomenen als ‘om eerlijk te zijn’. Wie dat zegt, bedoelt niet dat hij of zij de rest van de tijd liegt. Nee, het betekent eerder let op, nu komt slecht nieuws. ‘Om heel eerlijk te zijn vind ik je trui best wel lelijk.’

Meer dan tweehonderd bladzijden lang nagelt Cornelisse taalverkrachters aan de schandpaal, overigens zonder zichzelf te sparen. Foute taal bezigen doen we allemaal, zo weet ze.

Nog een voorbeeld? Haar boek beschrijft het tenenkrommende gebruik van het woord ‘mooi’ om etenswaren te beschrijven. Zoals Herman den Blijker constant doet als hij het over koken heeft. ‘Kijk, dat is een mooi stukje vlees.’ Lekker misschien, goed gekruid of mals, maar mooi?

Wie bij deze voorbeelden de schouders ophaalt, moet Taal is zeg maar… vooral niet kopen. Maar wie uitslag krijgt van een collega die ‘goeiemochel!’ roept of gek wordt van het volgende ‘verandertraject’ op de afdeling: kopen dit boek. Kan via de link hieronder.

Taal is zeg maar echt mijn ding
Taal is zeg maar echt mijn ding
Paulien Cornelisse

vrijdag 4 september 2009

het nieuwe lezen

Opmars e-readers in Nederland begonnen

Opmars e-readers in Nederland begonnen27-08-2009 -

Het lezen van digitale boeken krijgt in Nederland een sterke impuls. Een aantal grote boekenverkopers, Bol.com, Selexyz en Van Stockum, gaat e-boeken verkopen via hun webwinkels. In eerste instantie komen er bijna drieduizend titels van Nederlandse uitgeverijen beschikbaar via hun webwinkels.

Dat maakte het Centraal Boekhuis, dat de digitale distributie verzorgt, woensdag bekend. Andere boekwinkels volgen komende maand. De verwachting is dat snel meer partijen - auteurs, uitgevers en winkels - zich zullen aansluiten.

De boeken kunnen worden gelezen op zogenoemde e-readers, die honderden titels kunnen opslaan. Een speciale digitale inkt zorgt ervoor dat er geen achtergrondverlichting nodig is. Daardoor is volgens de verkopers een natuurlijke leeservaring mogelijk, zelfs bij fel zonlicht.

In de Verenigde Staten zijn de leesapparaten al in opmars. Amazon.com en Sony zijn op dit gebied de belangrijkste partijen, met de Kindle en de Sony Reader. De Kindle kreeg vorig najaar de wind in de rug, toen Oprah Winfrey het apparaat in haar tv-show omarmde.

Vanuit Nederland blaast iRex Technologies, voortgekomen uit activiteiten van Philips, een partijtje mee met de iLiad. Het Brabantse bedrijf sloot eerder deze week een overeenkomst met Barnes & Noble, waardoor gebruikers van de iLiad straks boeken bij deze Amerikaanse boekenketen kunnen downloaden.

De Kindle en de Reader zijn nog niet in Nederland te koop. De apparatuur van iRex al wel. Ook worden er producten verkocht onder namen als Cybook en BeBook. Maar de grote massa is daar nog niet mee bereikt.

Bol.com en Sony maken later op de dag bekend welke initiatieven zij gezamenlijk ontplooien om digitaal lezen in Nederland op de kaart te zetten.

ANP

donderdag 3 september 2009

Om de noord

Twee Duitse schepen zijn onderweg van Korea naar Rotterdam. Via een ongebruikelijke route: langs de Noordpool.

Die route noemen we de noordoostelijke doorvaart of de noordelijke zeeweg. Het gaat om een legendarische onderneming. Vanaf Wladiwostok zijn de schepen sinds twee dagen onderweg naar het noorden, dan keren ze richting het westen en varen noordelijk van Siberië langs, om bij noord-Noorwegen uit te komen en dan koers te zetten naar het zuiden. Uiteindelijk zullen ze aanmeren in Rotterdam en hun lading lossen.

De Russen proberen al sinds de 19e eeuw om met schepen boven langs hun land te varen. De route van Azië naar Europa is noordelijk langs maar 9000 kilometer, tegen bijna 20.000 kilometer als je langs India vaart en door het Suez-kanaal gaat.

Daarom is de noordelijke zeeweg altijd een grote droom geweest van de Russen, ze zouden er een veel sterker land van worden als iedereen daar langs vaart. Vooral in de Tweede Wereldoorlog is hij een paar keer gebruikt voor konvooien.

Het probleem is echter dat het ijs zelfs in de zomer soms dermate dik was, dat er altijd met enorme ijsbrekers moet worden gevaren. Dat is zo duur, dat het altijd bij experimenten en prestigetochten is gebleven. Het bijzondere aan de twee schepen van de Beluga rederij uit Bremen is dat ze zonder begeleiding gaan. De route is namelijk helemaal ijsvrij momenteel. En, niet onbelangrijk, er zijn geen Somalische piraten.

Dat het wereldwijd warmer aan het worden is, staat buiten kijf. Of dat nu door mensen of door natuurlijke oorzaken komt. Al in de zomer van 2008 was het mogelijk om deze tocht te maken. Door het smeltende ijs was
een doorgang ontstaan tussen Azië en Europa die door slimme reders op satellietfoto’s werd opgemerkt. In augustus en september is die doorgang twee maanden open voor
scheepvaartverkeer.

De grootste moeilijkheid voor de reder was om toestemming van de Russen te krijgen om over de noordelijke zeeweg te varen. De twee Duitse schepen hebben na vertrek uit Korea vier weken moeten wachten in Wladiwostok op alle benodigde papieren. Maar de tijd is rijp: aan de noordkust van Siberië was het gisteren twintig graden, dus je kunt lekker doorvaren.